Nieuwe partner ROVA werkt aan een mooie en schone leefomgeving

ROVA, inzamelaar van huishoudelijk afval en grondstoffen, werd onlangs partner van het Polymer Science Park (PSP). Marjolein Mann, senior beleidsadviseur, vertelt over wat ROVA doet, de samenwerking met PSP en de ambities van ROVA.

ROVA werkt als maatschappelijke onderneming samen met gemeenten en hun inwoners aan een mooie en schone leefomgeving, nu en in de toekomst. ROVA is actief in zo’n 23 gemeenten, waaronder Zwolle. “Wij zetten in op zo hoog mogelijke kwaliteit van ingezamelde grondstoffen, zodat we deze zo goed mogelijk kunnen hergebruiken.”, vertelt Marjolein. Daarnaast verzorgt ROVA voor steeds meer van haar gemeenten ook het beheer van de buitenruimte. Daarbij monitort en stimuleert ROVA biodiversiteit, werken ze aan klimaatadaptatie en gebruiken ze zoveel mogelijk duurzaam materieel. Verder is ROVA kennispartner voor haar gemeenten op deze onderwerpen.

Kennismaking

Samen met twee andere publieke afvalorganisaties, AVU en Circulus-Berkel, startte ROVA in 2019 een samenwerkingsverband: CirkelWaarde. Marjolein: “Onder die noemer ontwikkelen en delen we kennis over circulaire innovaties met huishoudelijke grondstoffen. Ook sturen we de verwerking van de grondstoffen die we inzamelen gezamenlijk aan. Zo kunnen we hogere eisen stellen aan bijvoorbeeld transparantie en duurzaamheid van de verwerking. Eén van de materialen waar we ons op richten is kunststof. Daarbij kwamen we PSP al snel tegen als waardevolle en betrouwbare kennispartner. We werken samen in verschillende circulaire netwerken en projecten, zowel in de Regio Zwolle als daarbuiten.”

Partnership Polymer Science Park

ROVA en PSP delen de ambitie om de kunststofketen zo circulair mogelijk te maken. “We werken allebei aan kennisontwikkeling, kennisdeling en innovatie op dit thema. PSP is een belangrijke samenwerkingspartner voor ROVA (en in ons verlengde ook voor CirkelWaarde). Dit wilden wij met het partnerschap graag verder bestendigen.”, aldus Marjolein. PSP en ROVA vullen elkaar goed aan. ROVA heeft kennis over de inzameling en samenstelling van huishoudelijke kunststoffen. PSP heeft verstand van materiaaleigenschappen, verwerkingsmogelijkheden en toepassingen. Marjolein: “Door onze kennis te bundelen krijgen we steeds beter zicht op hoe de ketens van huishoudelijke kunststoffen echt circulair kunnen worden.”

Samenwerking Polymer Science Park

In 2019 werkten ROVA (als onderdeel van CirkelWaarde) en PSP samen in het project ‘Van verpakking naar straatkolk’. In dit project lieten de partijen samen met recyclers en producenten zien dat het mogelijk is om van plastic verpakkingen kunststof straatkolken te maken. Sindsdien komen ROVA en PSP elkaar in steeds meer verbanden tegen, zoals bijvoorbeeld het Living Lab CE in de Regio Zwolle en de Dutch Circular Polymer Valley (DCPV).

DCPV

In de DCPV wordt vervolg gegeven aan het straatkolk-project. De focus ligt hierbij op drie sporen:

  • Via innovatiepilots wordt geprobeerd meer producten voor de openbare ruimte van gerecycled huishoudelijk kunststof te maken.
  • In inkooppilots worden gemeenten en provincies aan kennis geholpen om producten van gerecycled kunststof in te kopen.
  • In het derde spoor worden de genoemde pilots benut om voor inwoners zichtbaar en duidelijk te maken wat er van hun ‘afval’ gemaakt kan worden, mits het goed gescheiden en gerecycled wordt.

Versterken netwerk

ROVA is als partner een waardevolle toevoeging aan het netwerk van PSP. Marjolein: “Wij kunnen onder andere informatie leveren over relevante wet- en regelgeving, beleid, samenstelling en hoeveelheden van huishoudelijk afval en grondstoffen en logistiek. Daarnaast kunnen wij projecten operationeel ondersteunen, bijvoorbeeld door inzamelmiddelen beschikbaar te stellen. Samen met onze partners in CirkelWaarde hebben we ook veel kennis over het bredere thema circulaire economie. Wij zijn van harte bereid mee te denken en te werken aan projecten die de transitie naar een circulaire economie bevorderen.”

Dit kwartaal is het InReP-project van start gegaan. Het Circular Plastics Initiative heeft als doel plastics volledig circulair te maken. Om dit te bereiken, brengt het organisaties uit elke fase van de levenscyclus van plastics samen. In haar nieuwste Integrated approach towards Recycling of Plastics (InReP) project bundelen afvalinzamelaars, sorteerders & recyclers, chemische industrie, eindgebruikers en kennisinstellingen hun krachten om technologische oplossingen te ontwikkelen die gerecyclede materialen maken die voldoen aan de kwaliteitsnormen van de industrie.

Ook Polymer Science Park is partner. Het InReP-project richt zich op de twee dominante polymeertypen – polyolefinen (PE/PP) en PET. Door verschillende technologieën te ontwikkelen en de processen van sortering tot recycling van plastic te verbeteren, zal InReP de beschikbaarheid van hoogwaardige gerecyclede materialen die aan de industriële behoeften voldoen, vergroten. Dit draagt bij tot het gemeenschappelijke doel van InReP: het vergroten van de beschikbaarheid van hoogwaardige gerecyclede materialen die aan de industriële behoeften voldoen.

De rol van het Polymer Science Park is het uitvoeren van toepassingsgericht onderzoek naar het optimaal gebruik van recyclaat via mechanische recycling. Ook zal PSP actief bijdragen aan de verbinding met het (MKB)bedrijfsleven, zodat alle onderzoeksresultaten breed kunnen worden gedeeld met de kunststofverwerkende keten.

 

Uit de samenwerking van een zestal Overijsselse partners is een dubbel duurzaam product geboren: een infiltratiefundering van gerecycled plastic. Deze recyclede infiltratiefundering voorkomt verdroging van de grond én geeft afgedankt plastic een tweede leven.

Doordat ons klimaat verandert krijgen we te maken met steeds extremere weersomstandigheden: meer droogte, maar ook meer hevige hoosbuien! Om overstroming van het riool te voorkomen worden steeds meer daken van huizen afgekoppeld van het riool. Door dit water ter plaatse in de grond te laten zakken, helpt het niet alleen wateroverlast te voorkomen, maar ook om verdroging van de grond tegen te gaan. Omdat niet alle grond het water even snel opneemt, worden in de grond van veel tuinen zogenaamde infiltratiekratten geplaatst. Deze vangen regenwater op en geven dat vervolgens terug aan de bodem. Alleen is de ruimte in tuinen vaak beperkt, en ligt de grond vol met buizen en leidingen. De Groot Vroomshoop, Arreglo, RPP Kunststoffen, Wavin Nederland, Veolia en Attero staken de koppen bij elkaar en bedachten een slimme én duurzame oplossing voor dit ruimteprobleem.

Onder de fundering is ruimte zat!

Het eerste idee ontstond zo’n twee jaar geleden bij Kim Uitzetter, accountmanager bij De Groot Vroomshoop. De Groot Vroomshoop levert onder andere houten bergingen voor in de tuin. Bergingen om je fiets in te stallen, of je gereedschap of grasmaaier in op te bergen. “Om ervoor te zorgen dat zo’n berging niet wegzakt in de grond, of na een flinke storm bij de achterburen in de tuin ligt, leveren we bij de bergingen ook een fundering,” vertelt Uitzetter. En waar het in de tuin ontbreekt aan ruimte voor de infiltratiekratten, is onder de fundering voldoende plek! “Die fundering moet er toch komen. Dus daar is ruimte! En zo ontstond het idee om de kratten onder de fundering te plaatsen,” aldus Uitzetter.

Kan dat niet duurzamer?

Met de infiltratiekratten onder de -veelal betonnen- fundering was het ruimteprobleem getackeld. “Maar zo’n betonnen fundering is helaas niet heel duurzaam,” vertelt Uitzetter. “Ik kom zelf uit de kunststofwereld, en heb wat oude contacten opgesnord om samen te kijken of we een duurzamere oplossing hiervoor konden verzinnen. Zo is het balletje gaan rollen!”

Geld, tijd én CO2 besparen

Dat balletje rolde als eerst naar Henk-Jan Regeling, oud collega van Kim Uitzetter en oprichter van eigen bedrijf Arreglo dat bedrijven uit de kunststofketen ondersteunt om te verduurzamen. “Al snel kwamen we op het idee om de gehele fundering en de infiltratiekratten daaronder van gerecycled verpakkingsafval te maken,” vertelt Regeling. “De infiltratiekratten werden al gemaakt van polypropyleen: een kunststof die zich heel goed laat recyclen!” Door ook de fundering van ditzelfde gerecyclede materiaal te maken sla je volgens Henk-Jan Regeling twee vliegen in één klap: “Allereerst geef je verpakkingsafval een tweede kans in een mooi, nuttig product! En doordat de kunststoffundering een stuk lichter is dan een betonnen fundering, bespaar je een hoop tijd en geld op de bouwplaats én CO2 op het transport.”

Een deel van de samenwerkende partijen op een infiltratiefundering (Foto: Hans Roggen)

Alle partijen in de keten

En zo geschiedde! De eerste volledig gerecyclede kunststof infiltratiefunderingen zijn eind vorig jaar geproduceerd en komen begin dit jaar op de markt! De Groot Vroomshoop en Arreglo deden dit uiteraard niet met z’n tweeën, maar met andere partners in de keten: Wavin, onder andere producent van infiltratiekratten, RPP kunststoffen, toeleverancier van kunststofproducten, Veolia, producent van gerecyclede kunststofkorrels en Attero, een afvalverwerkingsbedrijf.

Sleutel tot succes

Dat al deze partijen samen aan tafel wilden, en wilden meewerken en -denken over het product is volgens Henk-Jan Regeling de reden dat het project is geslaagd. “Om zo’n project succesvol te kunnen doen, heb je alle partners in de keten nodig! Ik heb het bij verschillende andere projecten gezien: zonder alle partners krijg je het project gewoon niet van de grond.” Theo Regeling, oprichter van RPP Kunststoffen en broer van Henk-Jan Regeling, sluit hierbij aan: “Door al in een vroeg stadium bij elkaar aan tafel te zitten, en vooral ook bij elkaar in de keuken te kijken hebben we een hele goede vertrouwensbasis gelegd voor dit project.” Dat alle partijen in Overijssel zaten kwam daarbij goed van pas, aldus Theo Regeling. “Zo konden we heel gemakkelijk bij elkaar op bezoek en elkaars bedrijf leren kennen. Bovendien past het goed bij de duurzaamheidsgedachte van dit project: haal je producten én grondstoffen niet van ver, maar juist dichtbij huis! Zo bespaar je immers ook weer CO2.”

Tekst gaat verder onder de infographic

Waterhuishouding met je eigen verpakkingsafval!

Nu de duurzame infiltratiefunderingen bijna op de markt zijn, is het natuurlijk afwachten of ze ook worden afgenomen. Uitzetter is hierover positief: “Er zijn al een hoop klanten, vaak aannemers, die interesse hebben in de funderingen! Daarnaast leeft de duurzaamheidsgedachte voor mijn gevoel ook steeds meer bij de consument. Hoe meer consumenten vanuit die overtuiging een gerecyclede fundering in hun tuin willen hebben, hoe meer aannemers bij ons naar de funderingen zullen vragen.” Mooi idee, toch? Dat je door deze infiltratiefunderingen aan te laten leggen, met je eigen verpakkingsafval verdroging en wateroverlast in je tuin kunt voorkomen!

Dit artikel is tot stand gekomen uit een samenwerking tussen Polymer Science Park, Natuur en Milieu Overijssel en Oost NL. In opdracht van de Provincie Overijssel.

 

Bekijk deze mooie aflevering van Het Groene Oosten waarin op een heel toegankelijke manier het nut van recycling zichtbaar wordt. Het daadwerkelijk maken van een huis van recyclaat. De kracht van gewoon doen, de kracht van het Oosten.

Overijsselse samenwerking laat circulaire economie goed uit de verf komen

Veolia Polymers, Dijkstra Plastics en Koninklijke Van Wijhe Verf halen de circulaire economie een stukje dichterbij met hun verfemmer van 100% gerecycled plastic. Met deze verfemmer laten ze zien dat circulariteit werkt: zo lang je het maar een kans geeft, én goed samenwerkt.

Aan de buitenkant lijkt de emmer met Wijzonol verf van Van Wijhe Verf niet heel anders dan zijn soortgenoten: ongeveer even groot, even stevig en -niet onbelangrijk- er zit verf in! Wat wel opvalt is de kleur: naast alle witte verfemmers kleurt de Wijzonol emmer mooi donkergrijs. Deze donkere kleur ‘verraadt’ al een beetje wat er zo bijzonder aan deze verfemmer: hij is gemaakt van 100% recyclaat!

Recyclaat?
Recyclaat, ja! De grondstof voor plastic producten, gemaakt van afvalplastic. In de vorm van een korreltje. Dit recyclaat is de tegenhanger van zogenaamd ‘virgin granulaat’: korreltjes van nieuw, niet gerecycled plastic. Van beide soort korrels kun je mooie, stevige verfemmers maken. Kies je voor recyclaat, dan ben je lekker duurzaam bezig: je pompt geen extra olie op voor de productie van het plastic, en je zorgt voor zo’n 80% minder CO2-uitstoot. Maar dan kiest elke verfemmerproducent toch voor recyclaat, zou je zeggen. Maar helaas, het virgin granulaat is nog steeds de grote favoriet. Waar ‘m dat in zit? Onder andere de kleur…

Geen witte emmers

“Vroeger kon je alle kleuren recyclaat bij ons krijgen, zolang het maar zwart was,” grapt Gerrit Klein Nagelvoort, manager business development bij Veolia Polymers, producent van recyclaat. “Maar tegenwoordig heb ik allerlei kleurtjes: blauw, groen, cappuccino!”. Maar geen wit. En dat is nu juist het probleem. Want welke kleur hebben de meeste verfemmers? Juist! Wit! “De klant wil wit recyclaat, omdat verfemmers nu eenmaal wit zijn. Of omdat ze zelf een kleurtje willen toevoegen. Maar ik zal nooit een kristalhelder wit recyclaat kunnen maken van een bonte mix aan afvalplastic.”

 

Grijs, maar duurzaam

Van Wijhe Verf was als B Corp (keurmerk voor ondernemers met mens, milieu en maatschappij als uitgangspunt), al bezig met verduurzaming. De verfemmer zelf kon daar natuurlijk niet bij achterblijven. Dat het dan niet de doorsnee witte emmer kon blijven was volgens Marlies van Wijhe, algemeen directeur van Koninklijke van Wijhe Verf, geen enkel probleem: “Wat maakt dat nou uit dat een verfemmer niet wit is? Ondernemers die daar over vallen zijn op zoek naar redenen om niet te hoeven verduurzamen!”. Ze vroegen Dijkstra Plastics, hun verfemmer producent, hun productieproces wat bij te schaven en geschikt te maken voor het recyclaat van Veolia. Met als resultaat van deze drieledige Overijsselse samenwerking: een stevige, super duurzame grijze verfemmer!

 

Van consument, naar producent, weer terug naar consument

Even alles op een rijtje: Veolia produceert recyclaat van afvalplastic, Dijkstra Plastics maakt van het recyclaat een verfemmer en Van Wijhe stopt er hun Wijzonol verf in. Maar dat is nog niet het complete plaatje: onderweg passeert het plastic nog een aantal ‘stations’. Remy Notten, Commercieel Directeur van Dijkstra Plastics legt uit: “Heb je de verfemmer leeg? Dan breng je hem naar de milieustraat. Vanuit daar gaan alle plastics, en dus ook onze verfemmers, naar een kunststofrecycelaar. Daar worden de kunststoffen op soort gescheiden, fijngemalen en gewassen. Dan komt Veolia om de hoek: die koopt deze kunststof snippers weer op en maakt daar korrels recyclaat van.”

 

Deze snippers vormen slechts een deel van wat er bij Veolia aan afvalplastic binnenkomt. Het overgrote deel, zo’n 70%, is het verpakkingsplastic afkomstig uit de PMD (plastic, metaal en drankkartons) bak bij de mensen thuis. Het PMD afval gaat naar een sorteerfabriek waar het afval op soort gescheiden wordt: metaal, drankkarton en vier verschillende soorten kunststof. Klein Nagelvoort: “Één van die vier soorten kunststof, polypropyleen, kopen wij op in grote balen. In deze balen zie je de boterkuipjes en saladebakjes nog zitten. Alles is dan nog steeds een beetje vuil en stinkend, daarom wordt alles eerst grondig vermalen en gewassen.” Koop jij dus een verfemmer met Wijzonol bij de plaatselijke verfspeciaalzaak, zit daar misschien wel een boterkuipje, dat een tijd geleden nog bij jou in de koelkast stond, in verwerkt. En zo is het cirkeltje weer rond!

 

Het cirkeltje rond

Die ronde cirkel, daar is het allemaal om te doen. Notten: “We móeten er naar toe dat er geen afval meer bestaat, dat al het afval dat we produceren weer de basis is voor nieuwe grondstoffen. Het lineaire systeem ‘kopen, weggooien, verbranden’ is gewoon niet houdbaar.” Dat de houdbaarheidsdatum van onze lineaire economie inmiddels verstreken is, heeft -in het geval van plastic- meerdere redenen. Zo zijn de schadelijke gevolgen van onze afvaleconomie al overal te zien op stranden en in oceanen. Bovendien zorgt het verbranden van afvalplastic voor ontzettend veel uitstoot van CO2. Klein Nagelvoort is dan ook heel duidelijk: “De oliekraan moet dicht. Punt.” Een ander probleem is het plastic afval. “De kwaliteit van kunststof is zo hoog, dat het gewoon niet vergaat als je het niet verbrandt. Al het kunststof dat ooit gemaakt is, en nooit verbrand, zwerft dus nog ergens rond,” legt Notten uit. En dat terwijl de technieken er zijn om er weer een mooi nieuw product van te maken!

 

Portemonnee vóór milieu

Waarom dan nog olie oppompen, en plastic verbranden als er duurzame alternatieven zijn? De kleur van het recyclaat kwam al even voorbij, maar er is meer. “Geld. Het draait allemaal om geld,” zucht Klein Nagelvoort. “Recyclaat lag altijd iets onder de virgin prijs, maar door de lage olieprijzen en de coronacrisis is virgin plastic nu goedkoper. Veel van onze klanten volgen het geld, en stappen helaas dus over naar nieuw plastic.” Of deze trend tijdelijk of blijvend is, hangt af van of er binnenkort regelgeving komt die plastic producenten verplicht een bepaald percentage recyclaat in hun producten te verwerken. Mits de toepassing van het plastic het toelaat: voedselverpakkingen mogen in veel gevallen geen recyclaat bevatten, onder andere vanwege voedselveiligheid.

 

Virgin mag dan wel goedkoper zijn, Dijkstra Plastics kiest nadrukkelijk voor recyclaat voor hun emmers met non-food toepassingen. Notten: “Sinds we zijn gestart met de gerecycelde emmers voor Van Wijhe Verf, is het gebruik van recyclaat onderdeel geworden van onze bedrijfsvoering. Zo’n 60% van onze verpakkingen gaat naar de voedingsindustrie en daar is het gebruik van gerecyclede grondstoffen nog niet toegestaan. Daar maken we nu dus nog gebruik van virgin plastic. Maar voor de overige 40% zijn we bezig zoveel mogelijk om te zetten naar recyclaat!”. Ook bij Koninklijke Van Wijhe Verf is duurzaamheid sterk vervlochten in hun bedrijfsvoering. Het geheim van hun succes? Duurzaamheid beschouwen als iets dat leuk kan zijn. Van Wijhe: “Mensen moeten verduurzamen niet als last gaan beschouwen, maar juist de lol ervan inzien. Ik heb daarom een Greenteam samengesteld binnen mijn bedrijf, met medewerkers die hier enthousiast van worden. Samen organiseren we wedstrijden, lunches en praatsessies over duurzaamheid. En zo slaat dat weer over op de rest van de medewerkers.”

 

Behandel je afval niet als afval

De keuze voor recyclaat of virgin plastic ligt niet alleen bij de producent: óók consumenten kunnen hun stem laten gelden. Hoe? “Als je de keuze hebt tussen twee verfemmers, vergelijkbaar in kwaliteit en prijs, kies dan voor de duurzame variant,” aldus Notten. Op die manier kun je de circulaire economie een zetje in de rug geven. Maar er zijn meer manieren waarop de consument een steentje kan bijdragen. Klein Nagelvoort: “Hoe schoner de gebruikte verfemmer, hoe groter de kans dat deze niet in de verbrandingsoven belandt. Maak je emmer dus goed leeg, en verpest hem vervolgens niet door er nog even gauw het grint en vuil van je aangeveegde stoepje bij in te gooien. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld gebruikte koffiebekertjes: druk daar nou geen peuk bij in, dan kunnen we hem nog hergebruiken.” Kortom: behandel je afval niet als afval. Afval bestaat immers niet in een circulaire economie!

 Dit artikel is tot stand gekomen uit een samenwerking tussen partners van Dutch Circular Polymer Valley: Polymer Science Park, Natuur en Milieu Overijssel en OostNL. In opdracht van de Provincie Overijssel.

Will & Co, distributeur van (biobased) chemicaliën, grondstoffen voor industriële toepassingen en ingrediënten voor voedingsmiddelen, werd onlangs lid van Polymer Science Park (PSP). Productmanager Larry de Kleine vertelt over wat Will & Co doet en het lidmaatschap.

Will & Co levert een breed programma aan grondstoffen, harsen en additieven voor onder andere coating, inkt, lijm, kunststof en de chemische- en levensmiddelenindustrie. Voor de kunststofindustrie biedt Will & Co veelal technische, bio-gebaseerde en, of bio-afbreekbare
polymeren en additieven. Verder deelt Will & Co kennis over polymeer en compound formuleringen, polymeer verwerkingsmethodes en toepassingen. Larry: “Ons netwerk
bestaat uit kunststofverwerkers en kunststofproducenten, maar ook eindklanten. De focus van Will & Co ligt op het vergroenen van onze portfolio.”

Lidmaatschap Will & Co

Larry: “Via een online meeting met Elastomer Competence Center en via de stage van Zeno de Kleine kwamen wij in contact met PSP.” Daarna volgde Will & Co enkele online bijeenkomsten van PSP. “De bijeenkomsten waren erg goed georganiseerd. De thema’s die PSP onder de aandacht brengt, zijn ook interessant voor ons. We denken dat wij ook een bijdrage kunnen leveren binnen het kennispark!” Het lidmaatschap bij PSP is net opgestart. Larry: “We beginnen net, maar tot nu toe zijn we tevreden over wat PSP doet. PSP zit op de goede weg en is verankerd in de lokale industrie.”

Elkaar versterken

Will & Co heeft veel kennis van de Benelux markt. Daarnaast kennen ze een groot aantal leveranciers wereldwijd. Larry: “We kunnen een breed scala aan producten aanbieden en we weten waar ze te krijgen zijn.” Ons kunststof team bestaat uit twee ervaren mensen met een brede kennis die graag meedenken in de ontwerpfase. ”PSP heeft onderzoeksmogelijkheden die wij niet hebben. Dat zou een mooie aanvulling kunnen zijn op de service die wij proberen te bieden in de markt.”, vertelt Larry.

 

Heb je een vraag?

Bel ons op 085 483 7800 of maak gebruik van het onderstaande contactformulier.

Privacyoverzicht

Deze site maakt gebruik van cookies, zodat wij je de best mogelijke gebruikerservaring kunnen bieden. Cookie-informatie wordt opgeslagen in je browser en voert functies uit zoals het herkennen wanneer je terugkeert naar onze site en helpt ons team om te begrijpen welke delen van de site je het meest interessant en nuttig vindt.